#veiligfietsen: rijvaardigheid
Stuurkunde
In zaken van fietsongevallen die voor de politierechtbank behandeld worden komt steevast de ‘rijvaardigheid van de fietser’ aan bod.
Niet te verwonderen, art. 8.3 van de wegcode laat hierover geen twijfel bestaan: ‘Elke bestuurder moet in staat zijn te sturen, en de vereiste lichaamsgeschiktheid en de nodige kennis van rijvaardigheid beschikken’, meer nog, ‘hij moet steeds in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit te voeren en voortdurend zijn voertuig of zijn dieren goed in de hand te houden’.
Men verwacht dus van elke fietser de nodige stuurkunst om zich veilig door het verkeer te bewegen. Niet evident en zeker al niet wanneer obstakels her en der opduiken.
Zo oordeelde de politierechtbank te Turnhout dat ‘fietsers vanuit hun positie klaarblijkelijk zicht hadden op de hindernis en hebben deze kunnen ontwijken of minstens kunnen vermijden dat ze erdoor zouden vallen’.
Van in dit specifieke geval geoefende fietsers wordt verwacht dat ze mits de nodige ervaring en behendigheid onverwacht opduikende hindernissen kunnen omzeilen.
Ook de politierechtbank te Brugge oordeelde nog in 2019 dat ‘zichtbare putjes op het jaagpad zichtbaar waren en de fietser in kwestie ervoor moest zorgen dat hij deze kon ontwijken of er kon over rijden zonder te vallen. Door zijn fiets niet goed in de hand te houden beging hij een fout die de oorzaak is geweest van de schade van de andere fietsers’.
Nieuwe fiets
Dit is duidelijk. Vooral diegenen die voor de eerste keer hun nieuwe fiets uitstallen, is het aangewezen zich niet in groep te bewegen en eerst je nieuwe fiets te leren kennen.
Voor e-bikes en in het bijzonder speed pedelecs is de aanpassing nog groter, vandaar het groot aantal ongevallen in bochten (te snel, verkeerd ingeschat, steentjes niet kunnen ontwijken) bij de eerste verkenningsrit.
Deel dit artikel met je fietsvrienden om fietsongevallen te vermijden. Zo houden we de ziekenhuisbedden vrij die hoognodig zijn.
Maandag: fietsen met je hond
03/04/2020